Onbestemde opening
Eind mei 2019, met een bonzend hart schilder ikzelf de naam van de opbaarkamer op de deur; heel precies, maar rustig lukt niet meer. Myn heit, waar we veel zorg voor hadden in zijn laatste levensfase, kreeg het bericht dat er darmkanker was geconstateerd en geen behandeling meer mogelijk was. Hij kreeg dit bericht zelf eigenlijk niet meer goed mee en belandde in een hospice. Het besef van zijn naderende dood drong langzaam tot me door, alsook het feit dat mijn dagen uit louter werken bestond omdat de afscheidsboerderij na een lange verbouwing op 22 juni open moest. Een combinatie die, zacht uitgedrukt, veel stress en tranen opleverde. Langzaam maar zeker doemde het beeld op van een overleden heit die als eerste de opbaarkamer en/of afscheidszaal zou inweiden…
Heit werd slechter en slechter en de afscheidsboerderij naderde in volle vaart haar voltooiing voor ‘de grand opening’. En toen was daar het feit; eerste uitvaart in mijn afscheidsboerderij, ús heit.
De zin: uitvaartonderneemster met een lach en een traan, waarmee ik deze column vaak onderteken, ging weer op. Wat fijn, dat we dit zelf met ons eigen uitvaartcentrum konden doen; maar wat bitter… En hoe handig is het als je zelf de uitvaart doet van je eigen heit? De ervaring om dit voor je eigen naasten te doen, was er al, maar dit was duidelijk van een ander level. Alle valkuilen waar ik normaliter de families voor waarschuw waar ik werkzaam ben, en altijd op attendeer om goed rekening mee te houden, (verlies van tijdsbesef, ritme, op tijd eten, etc.) ging ik zelf volledig de mist mee in. Het besluit om de uitvoering van de uitvaart door één van mijn medewerkers te laten doen, was dan ook snel gemaakt.
Het blijft een bizarre ervaring, maar onontkoombaar en onuitwisbaar.
Sjoerdtje de Haan
uitvaartonderneemster met een lach en een traan